donderdag 4 februari 2021

Luisteravond 110 ~ Januari 2021

Rustig begonnen met A Winged Victory for the Sullen.
Vorig jaar zag ik hen een prachtig concert geven in de Brugse Stadsschouwburg.
Na afloop schafte ik me The Undivided Five aan dat toen enkele maanden uit was, niet zoals hun drie vorige albums uitgebracht bij Erased Tapes maar verrassend bij Ninja Tune.
AWVFTS bestaat uit het Amerikaanse duo Dustin O'Halloran en Adam Wiltzie, vooral bekend van Stars Of The Lid maar ook als de helft van Sleeping Dog (met Chantal Acda) en The Dead Texan (met Christina Vantzou).
Het overlijden van hun vriend ­Jóhann Jóhannsson, de geboorte van een kind en de schilderijen van de Zweedse schilderes Hilma af Klint, uiteenlopende feiten die inspiratie opleverden voor The Undivided Five.
Betoverend mooi en tijdloos, hier meer info en tevens integraal te beluisteren:
Wie meer wil...26 februari wordt Invisible Cities uitgebracht:
 
Deze luistersessie verliep anders dan gewoonlijk, in open lucht en in twee delen met telkens drie aanwezigen. 
The Blue Room blijft nog even gesloten...
Voor mij werd het dus een luistermarathon van ruim 10 uur met veel muziek en uiteindelijk koude voeten.
Maar gelukkig waren er drankjes, pralines en chips, een nieuwjaarseditie was het niet, geen funny Isidore Genois mix maar we klonken toch geheel veilig met een glas bubbels om het jaar en de luisterdag te beginnen.
 
Ik ging verder met Between Worlds van Ashtoreth (Peter Verwimp) en Stratosphere (Ronald Mariën).
Een fantastische samenwerking!
"Between Worlds is een apart ambient werkje waarbij licht en duister in elkaar vloeien. De golvende soundscapes van beide gitaristen klitten spontaan aan elkaar. 
Ashtoreth verwekt met zijn enge stemvibraties sluimerende en spookachtige signalen die doorheen de kleurrijke soundscapes lopen."
Aldus Patsker Omaer Beguin op Luminous Dash:
 
Niets toe te voegen aan deze review, uitgebracht op het Nederlandse ambient-drone label Winter-Light, zeker de moeite om ook een kijkje te nemen in hun catalogus:
 
Patsker sloot aan met het
compilatiealbum The Black Stone - Music For Lovecraftian Summonings van het Italiaanse Eighth Tower Records.
Naast Mario Lino Stancati en Ashtoreth waren de andere deelnemers van dit auditieve eerbetoon aan de horror- en fantasieschrijver H.P Lovecraft mij onbekend.
Dit is de tweede compilatie in een reeks van albums waarvan de muziek geïnspireerd is op deze schrijver, het eerste was In Tenebris Scriptus - A dark auditive tribute to HP Lovecraft.
Lovecraft is tegenwoordig wel meer een inspiratiebron in de dark ambient scene, vorig jaar liet Empusae zich inspireren voor zijn geweldige Sounds From Beyond.
Een aantal tracks werden beluisterd en het was snel duidelijk dat dit een zeer sterke compilatie is!
"The Black Stone heeft voor ieder wat wils die van sombere en grimmige muziek houdt."
Zo staat het te lezen in de review op Music Machine:
 
Ashtoreth
bleef nog even de rode draad want ik ging verder met het geweldige Svartur.
Een samenwerking met Onsturicheit die wij natuurlijk ook kennen als Peter Moorkens.
Deze twee Peter's hebben elkaar gevonden en daar ben ik heel blij om. 


Ze staan samen op de affiche van het tweede Sonic Emissions festival op 10 april in Gent, ik vertel niets nieuws dat dit hoogst onzeker is of dit kan plaats vinden...volg het op via het Facebook event:
 
We beluisterden ongeveer de helft van dit album, alle aanwezigen hebben een exemplaar en sommige aanwezigen hadden er zelfs aan meegewerkt. 
Dit hebbeding is uitgebracht op Belgian NeuMusik, Incest Blue Room Productions zou ook niet misstaan staan als label.😆
Ja, een grapje moet kunnen, ook en vooral in deze tijden. 
Ikzelf heb niet bijgedragen aan Svartur en kan dus zonder schroom verkondigen dat het één van de hoogtepunten van 2020 is.
En ik ben niet alleen met die mening.
"De beide Peters bewandelen experimentele paden en smeden diverse boeiende sferen met griezelige effecten. 
De gitaarloops van Ashtoreth worden door het balsturige modulaire synth geknutsel
van Onsturicheit tot een origineel bubbelbad van uiteenspattende resonanties verwerkt.  
Svartur
ademt een resem donkere geluidsweefsels uit (o.a. Ljirac) die tot het betere dark ambient werk in het genre behoren. 
De elektronische dwalingen en samples van Moorkens versterken op een originele wijze de duistere ritualiteit waar oppersjamaan Verwimp een patent op heeft. Svartur laat een hoog gehalte aan raadselachtige mystiek met een geestverruimende uitwerking horen."
Aldus Patsker Omaer Beguin die naast deze review op Luminous Dash ons ook liet genieten van een flesje Petrény Big Band Egri Bikavér.
 
"Het album Svartur van Ashtoreth & Onsturicheit dompelt je onder in de intrigerende en mysterieuze klankenwereld van deze twee vaderlandse artiesten."
Meer te lezen bij Dark Entries:
 
Gert Keunen
hoeft geen introductie meer, de man schreef geschiedenis met zijn band Briskey, is professor muziekgeschiedenis en muziekindustrie, schreef de naslagwerken Surfing On Pop Waves en Pop, een halve eeuw beweging én is brouwer van het Keun bier.
Nu is er ook het soloalbum Heis, opgenomen tijdens de lockdown.
Gert Keunen speelt op toetsen, gitaar en bas, maar ook een hele reeks virtuele instrumenten, zoals strijkers, koperblazers, hout, contrabas, drums, percussie, vibrafoon en koor. 
Ook werden er field recordings gebruikt die werden opgenomen tijdens zijn reizen door IJsland en Noorwegen met levenspartner Libelia De Splenter die verantwoordelijk is voor de hoesfoto's. 
De plaat is een voltreffer geworden, heel filmisch ook, de bedoeling was de luisteraar mee te nemen op geluidavontuur en dat is heel goed gelukt.
Persoonlijk hou ik enorm van Het Noorden en deze plaat verklankt dan ook mijn verlangen om daar rond te trekken, de beelden van de Noorse natuur die horen bij Kria, Isdal en Havn versterken deze hunkering nog:
Een korte recensie is hier te lezen:
 
De plaat (plus bijhorende cd met extra tracks) is hier te koop:
Een review op Keys and Chords en een interview op DaMusic:
Het luisterplezier werd nog versterkt door er een fris Keun Kleinbier bij te drinken, de betere pint!
Helemaal goedgekeurd door pilsliefhebber Isidore Genois!
Alle info over de man zijn werk als muzikant en brouwer via deze websites:
https://gertkeunen.com/ & https://keun.be/
 
Ik bleef nog even hangen bij Gert Keunen door enkele tracks uit de cd van de Briskey Big Band te draaien.
Dit is een live registratie van een concert in april 2007 in de Ancienne Belgique.
Heel wat bekende namen in deze big band, teveel om op te noemen, hier staan ze mooi opgelijst:
Er was een tijd dat krantenartikels niet achter een betaalmuur zaten, zoals deze recensie in De Morgen:
Alle info over Briskey:
 
Van de ene big band na de andere dacht ik en ik schoof The State Between Us van The Matthew Herbert United Kingdom And Gibraltar European Union Membership Referendum Big Band in de player.
 
Een heel bijzondere bigband plaat van geluidskunstenaar Matthew Herbert met als thema de Brexit-perikelen. 
Hij startte het project direct na het referendum en samen met 1000 Engelse en Europese participanten werkte hij twee jaar aan deze Brexit-soundtrack.
Een enorm kunstproject in de breedste zin van het woord dat mensen, input en materiaal van over de hele wereld bij elkaar bracht. 
Onder de muzikanten herken ik naast Matthew Herbert ook Enrico Rava en Arto Lindsay.
Ik had deze dubbel-cd twee jaar geleden gekocht om die te draaien tijdens een luisteravond toen maar de brexit werd uitgesteld dus liet ik dit plaatje ook maar even liggen, niet dat het niet geslaagd is, integendeel!
Reviews op London Jazz News en Pitchfork:
Hier integraal te beluisteren:

Wool-E-Tapes
brengt een compilatie cassette-box uit ter gelegenheid van de 50e verjaardag van labelbaas Dimitri Idunno.
Het zal de 50e release zijn en meteen de laatste...
De box zal 10 cassettes bevatten die garant staan voor meer dan 8 uur muziek van 86 verschillende artiesten.
Joost Carpentier staat in voor de mastering van deze historische uitgave.
Vele bekende deelnemers maar
Frontier Garden zei me niets.
Tot Isidore Genois me vertelde dat hijzelf en zoon Arne aka ARtroniks / Formwandler achter deze alias schuilen.
We luisterden naar The Inadequate Supremacy Of Uselessness, track 76 op de Bandcamp versie:
 
Bij het beluisteren herkende ik wel de sound van beide heren.😉
Er wordt reeds meer dan een jaar aan deze box gewerkt en het releasemoment komt dichterbij, de laatste weken werd telkens op vrijdagmiddag een deel van de meewerkende artiesten vrijgegeven om de spanning en het mysterie levend te houden.
Alle tracks zijn inmiddels bekend, muziekliefhebbers mogen een plaatsje vrij maken in hun kast. De levering van de 10 cassette-box is voorzien voor begin maart 2021.
Een review door Kurt Ingels op Dark Entries:
 
Tijd voor mijn favoriete Noor.
Stefaan had me digitaal-gewijs de nieuwe van Biosphere (Geir Jenssen) bezorgd dat de dag ervoor werd gereleased.
Angel's Flight, zijn 25e album, is alweer uitmuntend en van een winterse schoonheid.💙 Eén van de hoogtepunten op deze frisse luisterdag!

Twaalf nummers, gebaseerd op Beethovens Strijkkwartet nr. 14 die behendig de raakvlakken van klassieke en elektronische compositie bestendigen. 
Veel van de muziek werd in eerste instantie gecomponeerd voor Uncoordinated Dog, een hedendaagse dansvoorstelling uit 2019 van choreograaf Ingun Bjørnsgaard.
Jenssen slaagt erin om kamermuziekarrangementen zodanig te bewerken dat het lijkt alsof je luistert naar klassieke muziek door een muur van ijs.
Angel's Flight is bijzonder sfeervol maar blijft vooral spannend, In The Ballroom is spooky en Faith and Reverence doet me aan The Caretaker denken...sommige mensen zijn op hun best onder lockdown toestanden, ik vermoed dat onze Noorse vriend er zo één is.
Hier helemaal te beluisteren / aan te kopen, of nog beter: koop die bij de lokale platenhandelaar, deze parel hoort thuis in iedere collectie:
 
Nog even uitweiden over
Geir Jenssen, die woont en musiceert in
Tromsø, een stad in Noorwegen boven de poolcirkel en dat voel en hoor je, de man is een "auditief aurora borealis".
In 1986 was hij één van de oprichters van de Noorse band Bel Canto, hij zorgde er voor de synths, luister maar even naar deze Upland (een gefragmenteerde oerversie hiervan stond reeds eerder op zijn album als E-Man uit 1984.
 
Met zijn albums onder eigen naam, de twee Fires of Ork albums met Pete Namlook en het eenmalige techno project Bleep (1989) staat de teller reeds op 31 en de kwaliteit blijft aanhoudend hoog.
Tot slot een link naar zijn muziek als Geir Jenssen en E-Man (1984).
  
Ik ging verder met Jürgen De Blonde aka Köhn.
Aangezien een mens niet hele dagen uit een dakraam kan zitten staren bracht hij vorig jaar een album uit met tracks die de voorbije 15 jaar de Köhn albums niet haalden.
Slaapkamerrestjes dus die onder de noemer Köhrona als digitaal album werden uitgebracht.
Met titels als Wuhan Clan, Köhvid-19 en Doktöhr kan je afleiden dat De Blonde het gelukkig niet al te serieus opneemt met dit album, check zeker de track Dying Without Having Died Before.
 
Het was maar een kleine sprong naar De Portables waarvan
Jürgen De Blonde één van de leden is.
De Gentse band viert dit jaar hun zilveren jubilee en gezien dit voorlopig niet met pakweg een concerttoer kan, brengen ze in afwachting iedere maand een cassette uit.
De Silver Series, het zouden er 12 kunnen worden volgens deze review:
Iedere maand sinds oktober verschijnt er zo eentje op het Gazer label. 
Ik liet een nummer uit hun vierde tape horen. 
 
Vangelis bakt op deze geweldige track frietjes!

Het was tijd voor de rubriek "Ongein met Nonkel Isidore", vandaag trakteerde hij ons op My Father The Pop Singer van Sam Chalpin.
Een plaat uit de categorie: zo slecht dat het goed is...of is ze daarvoor echt te slecht? Volgens Patsker zeker dat laatste.😀
Maar dit is vooral een plaat met een verhaal!

Ed Chalpin
,  een wat louche producer die de (buitenlandse) hitlijsten doorzocht naar nummers die het in de Verenigde Staten goed zouden kunnen doen. Daarvan liet hij covers opnemen met ingehuurde muzikanten en zangers.
Hij is de producer waarvoor James Marshall Hendrix aka Jimmy James aka Jimi Hendrix in 1964 (als lid van Curtis Knight and the Squires) ooit een contract tekende voor amper één dollar en waarmee Hendrix later heel wat problemen zou krijgen.
In 1966 scoort ene Mrs. Elva Miller, (een vrouw op leeftijd waarvan volgens Wikipedia, haar stem klonk als kakkerlakken die over het deksel van de vuilnisbak kruipen) enkele hitjes en was even een vedette in de showbizz wereld.
 
Zes jaar geleden liet Isidore ons kennismaken met haar "muziek" tijdens de 75e luisteravond, bij het herlezen kom je te weten dat het de eerste keer was dat Stefaan erbij was, van een vuurdoop gesproken...
Gelukkig was er Kraftwerktaart!
 
Ed Chalpin kwam op het idee, als Mrs. Miller dat kan, dan kan mijn vader dat ook!
En zo geschiedde. Sam Chalpin was een oude Joodse immigrant van in de 60 of 70 met een Jiddisch accent dat klonk alsof hij Jackie Mason had leren spreken. 
Een aardige man die gewoon was joodse liturgische muziek te zingen en geen enkele voeling had met popmuziek en zelfs moeite had om de Engelse teksten te lezen.
Een ziedende Ed Chalpin bracht zijn vader meermaals in tranen omdat de arme man het helemaal niet kon, ze hadden de kerel moeten opsluiten voor oudermishandeling volgens technieker Mike Rashkow.
Toch slaagde de lepe Ed Chalpin erin om Ahmet Ertegün, een van de oprichters van Atlantic Records te overtuigen om de plaat uit te brengen.
Enkele reviews waar er gesproken wordt van "One of the brashest and most venomous critiques on the modern human condition ever made."
 
Isidore had ook serieuze muziek bij zoals The World Needs Wise People van Micado aka Frans Lemaire.
De man maakte tussen 1987 en 1995 enkele elektronische albums, soms solo maar ook met Koenraad Vanderschaeve.
Vorig jaar maakte hij een comeback met The World Needs Wise People.
Lemaire maakt zich de bedenking: Mensen zijn intelligent ... Overal zijn mensen aanwezig ... maar zijn mensen altijd wijs?
Hier te beluisteren en/of digitaal te verkrijgen, de hoes is het werk van Tom Coppens:
Tot slot Evolution II, over mensen in evolutie, op weg naar een gelukkige wereld met verstandige leiders. 
 
Peter vervolgde met Love You To Bits van no-man, één van de bands van Steven Wilson, vooral bekend van The Porcupine Tree.

Dit is niet zomaar een zijprojectje van Wilson
no-man bestaat sinds 1986 (een jaar voor de oprichting van TPT). 
Het was 11 jaar geleden dat er nieuw werk werd uitgebracht.
Het album bestaat uit twee, met elkaar verbonden vijfdelige stukken, en combineert popmuziek en pulserende elektronica op een frisse en verrassende manier met aspecten van fusion, ambient en nog veel meer.
 
De glitterbol op de hoes verraadt dat we hier met muziek te maken hebben dat op de benen mikt, deze muziek staat echter ver van de gemiddelde dansmuziek.
Straf album, hier in één track te beluisteren:
Meer info in deze recensie:
 
Geen wintermix van Isidore maar ik kreeg als alernatief de LP Jo Stafford Sings Songs Of Scotland, als liefhebber van dat land werd dit erg op prijs gesteld.
Oorspronkelijk uitgebracht in 1957.
Jo Stafford is geboren in 1917 en wou aanvankelijk opera zangeres worden maar door de Grote Depressie gaf ze die droom op en vormde ze samen met haar zussen de zanggroep The Stafford Sisters.
Toen haar zussen trouwden sloot ze zich aan bij The Pied Pipers om vanaf 1942 voor een succesvolle solo carrière te gaan.
Stafford werd 90:
 
Die Kette
uit 1977 is een verfilming van een verhaal van de Britse scenarioschrijver Francis Durbridge (bekend van de Paul Temple serie).
De film was een West-Duitse heruitgave van A Game of Murder uit 1966. 
De film zal wel wat geleden hebben door de tand des tijds maar de zwoele funky jazzy soundtrack is dat helemaal niet.
Organist, componist en bandleider Dieter Reith schreef de muziek voor zijn band Tender Aggression, een studio band met een resem topmuzikanten waaronder Passport's drummer Curt Cress
Die laatste werkte enkel mee aan het debuutalbum van Tender Aggression, Power Sandwich aka Fly Disco Fly uit 1976.
Terug naar Die Kette,
Dieter Reith bracht de soundtrack in 1978 uit als Love & Fantasy.
We beluisterden het geweldige 13 minuten durende thema:
In 2014 werd de muziek opnieuw uitgebracht als Dieter Reith + Tender Aggression ‎– Die Kette (Original Motion Picture Soundtrack)
Een overzicht van de man zijn muzikale carrière:
Na in enkele jazz clubs te spelen begon Dieter Reith zijn professionele loopbaan pas echt in 1961 als pianist van de Südwestfunk Tanzorchester Big Band.
Vanaf 1966 ook als organist in het soul & latin jazz ensemble Peter Herbolzheimer Rhythm Combination & Brass.
In 1967 bracht hij onder de alias Hot Fingers Jackson and His Soul Organ-Isation de LP Hammond Explosion uit, een jazz easy listening album.
In 1970 zat hij samen met o.a. Eberhard Weber en Ack Van Rooyen in het soulvolle Knut Kiesewetter Train.
 
In 1971 ging hij aan de slag als pianist bij het
Kurt Edelhagen Orchestra van de West-Duitse omroep WDR. 
1974: Reith maakt deel uit van Time Travellers / The Galactic Light Orchestra, een enorm sessie muzikanten project met heel wat gerenommeerde Duitse en internationale muzikanten, ze namen de fusion plaat Galaxis op:
Tot 2002 werkte hij vooral voor de tv, onder andere als tijdelijk hoofd van de SWR Big Band en het SWR Radio Orchestra, verder was hij arrangeur voor vele tv- en radioproducties.
De man werkte met honderden muzikanten samen waaronder Stan Getz, Jean-Luc Ponty, Art Farmer, Frank Rosolino, Niels-Henning Ørsted Pedersen, Kenny Clarke, Philip Catherine, Benny Bailey, Slide Hampton, Maynard Ferguson, Toots Thielemans, Herb Geller en Nina Simone.
http://www.dieter-reith.de/biographie.htm
Dieter Reith stierf vorig jaar op 1 april, hij werd 82.
 
Voor de klassieker eraan kwam liet Patsker ons kennis maken met
Salos, het vierde album van Merope en een samenwerking met Jauna Muzika, een Litouws kamerkoor. 
Op voorganger Naktės was het koor ook al even te horen op de track Seng ge.
De twee vrijgegeven tracks zijn intrigerend mooi!
Salos wordt op 26 februari uitgebracht door Stroom in samenwerking met Granvat.
Folk en ambient dat geïnspireerd is door de natuur, dromen en oude Litouwse traditionele volksliederen.
Merope hun liedjes vertellen verhalen over de verbinding tussen mens en natuur.
Heel wat schoon volk op dit album, naast vaste leden Indrė Jurgelevičiūtė, Bert Cools en Jean-Christophe Bonnafous speelt ook de IJslandse Gyða Valtýsdóttir (múm) op cello, landgenoot Kjartan Sveinsson (ex-Sigur Rós) op toetsen en de Amerikaanse gitarist Shahzad Ismaily mee.

Deel I van de luisterdag werd afgesloten met een bijzondere soundtrack voor een arthouse film uit 1972 van Anthony Roland.
Circle of Light: The Photography of Pamela Bone is een diavoorstelling-achtige opeenvolging van fotografische glasplaatjes van de fotografe Pamela Bone.
De geniale pionier van de elektronische muziek Delia Derbyshire zorgde voor de muziek, Circle of Light wordt (tot nu toe) beschouwd als het langste uitgebrachte werk van Derbyshire.
 
De Schotse video kunstenares Elsa Stansfield werkte ook mee aan de soundtrack maar wat haar bijdrage was is onbekend.
Bij de release van de film werd de soundtrack toegeschreven aan Delia Berbyshire & Elsa Stansfield...
Ik had de LP pas gekocht en was nog onbespeeld, de naald ging voor het eerst op het goudkleurig vinyl.
Een voorproefje op YouTube:
https://www.youtube.com/watch?v=hZKqL6T18YQ
 

Meer info over de film, die een voorgeschiedenis heeft van 20 jaar. 
Van Pamela Bone wordt gezegd dat ze de fotografie buiten haar eigen grenzen duwt tot een complete en creatieve kunstvorm.
 
De oorsprong van de film gaat terug tot 1952, toen Bone, toen een student aan de Guildford School of Art, haar eerste camera kocht voor £ 6.
Dit was het begin van een lange symbiotische reis met fotografie, waarbij Bone eigenaardige technieken ontwikkelde, camera's aanpaste en altijd op de een of andere manier probeerde de visioenen die ze in haar hoofd had te repliceren. 
Ze vergrootte foto's, combineerde afbeeldingen en transparanten, speelde met belichtingen en leerde zo haar vak. 
Ze studeerde bij André Thévenet in Parijs en publiceerde haar werk in Photomonde.
Bone voelde aan dat haar werk beter tot zijn recht kwam als transparanten en niet als afdrukken.
Het kostte haar twintig jaar om de juiste techniek te vinden en zo de beperkingen te overwinnen die de reguliere fotografie haar oplegde.
Na te werken voor enkele grote tijdschriften bezocht ze in 1959 een studievriend in Calcutta, zo kon ze fotograferen op exotische locaties in India, waaronder Sikkim en Kashmir. 
Bij thuiskomst begon ze te werken aan een conceptuele diavoorstelling van de transparanten van haar reizen
, foto's van kinderen, stillevens en landschappen. 
De werktitel van de show was Circle Of Light
Haar dia's en technieken waren uniek!
Zo blies ze afbeeldingen op om die als texturen achter andere afbeeldingen te gebruiken en plaatste ze zwart-witafbeeldingen achter gekleurde afbeeldingen. 
De resultaten waren vaak buitengewoon, verbijsterend en vooral zeer boeiend.
Geïnspireerd door de natuur en meer ontvankelijk voor gevoel dan voor gedachte, drukte Pamela Bone mysterie en schoonheid uit met alleen fotografische middelen.
Ze volgde ook geluidslessen, het project kwam in een stroomversnelling toen ze door kunstcriticus Marjorie Bruce-Milne werd voorgesteld aan Anthony Roland
 
Roland
was een kunstverzamelaar, een vooruitstrevende regisseur en had zijn Art Film Centre met 400 zitplaatsen geopend in Londen.
Zijn interesse was gewekt en samen met Bone keek hij urenlang naar haar werk onder een straatlantaarn op Leicester Square.
Hij wilde een film maken met het werk van Pamela Bone, de soundtrack moest iets nieuws, anders en mysterieus zijn.  
Hij ontmoette een tijdje ervoor Delia Derbyshire van de Radiophonic Worhshop en zij leek hem de ideale persoon om de soundtrack te componeren.
De voltooide film heeft geen verhaal, afgezien van de introductie van Bone, en concentreert intens op haar unieke glazen transparanties. 
Het verhaal wordt beheerst door Rolands kenmerkende langzame volgstijl; met intense beelden van stranden, bomen, landschappen en stillevens.
 
Perfect begeleid door Derbyshire's elektronische soundtrack.
Circle Of Light ging in première in maart 1972, en drie maanden later werd hij geselecteerd om Groot-Brittannië te vertegenwoordigen op het zeer gerespecteerde Cork International Festival en won de eerste prijs.
De film was wereldwijd te zien op filmfestivals en werd toegevoegd aan filmcollecties van universiteiten en bibliotheken.
Later werd die occasioneel nog eens vertoond maar kwam pas het laatste decennium echt terug onder de aandacht door de enorme belangstelling voor Delia Derbyshire's muziek.
Dit was ook Jonny Trunk niet ontgaan en hij bracht in 2016 de, tot dan toe nooit uitgebrachte soundtrack uit op vinyl.
 
Alh
oewel dit in 1972 is gemaakt, voelt het verbluffend modern aan. 
Derbyshire fans zullen onmiddellijk het karakteristieke gebruik van haar lampenkap-geluid opmerken, een groene, metalen lampenkap waar Delia Derbyshire op sloeg om geluiden op te nemen om ze elektronisch te manipuleren, hier is het subtiel verweven met veldopnames.
 
We horen voor die tijd heel ongebruikelijke proto ambient-ideeën en technieken. 
Het was een gouden zet van Roland om Pamela Bone en Delia Derbyshire samen te brengen, beide vrouwen pionierden in hun eigen kunstgebied en gebruikten vergelijkbare technieken van sampling, mixing en manipulatie om nieuwe resultaten te creëren. 
Deze soundtrack is uniek voor die tijd, een sonisch klanktapijt van getapete drones, delicaat gevormde elektronica, vogelgezang en andere veldgeluiden. 
Andere artiesten zoals Basil Kirchin experimenteerden rond dezelfde tijd ook met tape en natuurlijke geluiden, maar er is iets heel anders aan de benadering van Derbyshire / Stansfield, die mogelijk is beïnvloed door de Bone-beelden, maar misschien ook te maken heeft met hun fabelachtige moderne vrouwelijke kijk op geluid.
Een review:
Op The Roland Collection is de hele film (betalend) te bekijken:
De soundtrack is hier integraal te beluisteren:
https://deliaderbyshire.bandcamp.com/album/circle-of-light
Chris Watson (Cabaret Voltaire en The Hafler Trio) zijn commentaar op Circle Of Light: "This is quite simply one of the best records I have ever heard."
 
Delia Ann Derbyshire
(1937 - 2001) was een Britse pionier op het gebied van de elektronische muziek en musique concrète.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog, direct na de Coventry Blitz in 1940, werd ze voor de veiligheid naar Preston, Lancashire verplaatst.
Ze was zeer intelligent en leerde als 4-jarig meisje klasgenoten lezen en schrijven.   
Opgeleid aan de Barr's Hill Grammar School van 1948 tot 1956, werd ze aangenomen in zowel Oxford als Cambridge, nogal wat voor een arbeidersmeisje in de jaren vijftig, waar slechts een op de 10 studenten vrouw was.
 
Ze studeerde af in 1959 met een bachelor in wiskunde en muziek, en als specialisatie: middeleeuwse en moderne muziekgeschiedenis. 
 
Na haar studies
solliciteerde ze naar een functie bij Decca Records, maar kreeg te horen dat het bedrijf geen vrouwen in dienst had in hun opnamestudio's.
In plaats daarvan bekleedde ze van juni tot september functies bij de VN in Genève , waar ze piano doceerde aan de kinderen van de Britse consul-generaal en wiskunde aan de kinderen van Canadese en Zuid-Amerikaanse diplomaten.
In 1960 volgde ze Daphne Oram op bij de BBC Radiophonic Workshop.
In 1963 maakte Derbyshire een elektronisch arrangement op basis van Ron Grainer's partituur voor de reeks Doctor Who.  
Dit was één van de eerste televisiedeuntjes, volledig op elektronische wijze gemaakt. 
 
Het was echter Grainer die - tegen zijn eigen zin - de volledige royalty's en bekendheid kreeg.
Samen met haar collega Brian Hodgson en Peter Zinovieff stichtte Derbyshire in 1966, Unit Delta Plus, een organisatie die in het leven was geroepen om elektronische muziek te promoten en te creëren.  
Later volgden de muziekstudio's Electrophon en Kaleidophon.
 
 
Ook werkte ze samen met de band White Noise, met wie ze het album An Electric Storm produceerde.
 
Hoewel ze tijdens haar privéleven nooit stopte met componeren, zette ze haar activiteiten als muziekproducent stil in 1975. 
Daarna ging ze aan de slag als
radio-operator voor de aanleg van een Britse gaspijpleiding, en werkte ze in een kunstgalerij en boekenwinkel.
Derbyshire's latere leven was chaotisch vanwege haar problemen met alcoholisme. 
Enkele maanden voor haar dood keerde ze terug naar de muziek, met geluiden die als bronmateriaal werden gebruikt door Pete Kember op Sychrondipity Machine (Taken from an Unfinished Dream), een nummer van 55 seconden voor de compilatie Grain: A Compilation of 99 Short Tracks.
De track werd postuum uitgebracht en aan haar opgedragen. 
Ze overleed in 2001 aan nierfalen, ze werd 64... 
In 2009 maakte Kara Blake de documentaire: The Delian Mode, een must see!
Het was niet de eerste keer dat Delia aan bod kwam op een luisteravond, o.a. in september 2014 kwam het geweldige Invention for Radio aan de beurt:
Tot slot, een blik op Wikidelia, de thuishaven voor Delia Derbyshire fans:

Normaal gezien zat luisteravond 110 erop maar nu zaten we pas in de helft.
Pieter, Joost en partner en Bakerwoman schoven aan tafel. 
Het lukte nog met terras verwarmers om het aangenaam te houden, de muziek
van Ansatz Der Maschine maakte het extra gezellig.
 
Die brachten vorig jaar Burial Songs: A Requiem For The Solitary Sullen uit, hun vijfde album.
Wat mij betreft hun beste, in oktober zag ik ze Burial Songs live uitvoeren in de Handelsbeurs, in 2020 waren er uiteraard minder concerten maar ook in een "vol" concertjaar zou dat concert hoog eindigen in mijn persoonlijke eindejaarslijst, indien ik die zou opmaken...
Luminous Dash stuurde Bart Verlent op pad:
Het album werd voor een groot deel beluisterd, recensies laat ik graag over aan de professionals.
Gonzo circus:
  "De nummers ademen een ingetogen schoonheid die perfect past bij een nachtelijke autorit in een landschap ontsproten aan de verbeelding van David Lynch. 
Een film voor het oor over afscheid nemen, loslaten, troost en verdriet.  
Destructie ook, want Mathijs Bertel houdt de melancholie zelden lang aan en zet er afbraak tegenover.  
Hij beschouwt zich eerder als componist dan als muzikant en dat komt Burial Songs, tot in de kleinste details, zeker ten goede. "
https://www.gonzocircus.com/burial-songs/

Vier sterren voor dit "helend requim" door Philippe De Cleen op Dansende Beren:
"En dus hoor je in prikkelende, gelaagde composities als Blush vage echo’s opduiken van gelijkgestemde, postmoderne geluidstovenaars als Jon Hopkins, Burial of Four Tet (Kieran Hebden).
Soms overheersen soberheid en intimiteit, zoals bij de voorzichtig binnenschuifelende opener Igarka (die als reprise met zoete, etherische vocalen van Ammann ook de plaat afsluit. 
Die staat symbool voor een plaats waar je helemaal in kan vallen; een goede metafoor voor de plaat op zich. 
Tijdens het duizelingwekkende Deerhunter merk je dan weer hoe er een jachtige, claustrofobische vibe vol elektropulsen ontstaat, terwijl die opgevolgd wordt door een net iets folkier ingesteld Falling Down
Iets later bij het prikkelende Agnus krijg je dan weer een fikse elektrostoot uitgedeeld die herinnert aan het adembenemende van Aphex Twin
Van neem de wat naar Björk hintende feeërieke geluidswereld van Untold (ft. Will Samson). 
Burial Songs is dan ook een razend knappe indietronicaplaat die de meest uiteenlopende gevoelens tegen elkaar op laat botsen en in die soms scherpe contrasten een knap evenwicht weet te vinden."
https://www.dansendeberen.be/2020/01/24/ansatz-der-maschine-burial-songs-helend-requiem/

Volgens Patrick Blomme op Da Music, "Een erg filmische plaat die de verbeelding alle ruimte geeft."
"Burial Songs is een warm en betoverend album dat balanceert op de lijn tussen klassiek en elektronica, een dunne, maar in dit geval bijzondere boeiende lijn. Mathijs Bertel en co trokken voor deze nieuwe plaat naar de Greenhouse Studios in Reykjavik, waar Valgeir Sigurdsson (Feist, Bonnie ‘Prince’ Billie, Cocorosie,…) achter de knoppen zat.  
Hoe je het ook draait of keert: je kan er niet omheen dat Burial Songs heel veel IJsland uitstraalt."
 Ansatz Der Maschine is een groep die vooral werkt rond instrumentatie en arrangementen, maar zo nu en dan komt ook zang aan bod. 
Heel vaak is dat met Sophia Amman als leadzangeres, zoals in de dromerige single Falling Down, maar ook nu weer zijn er enkele interessante samenwerkingen. Will Samson duikt bijvoorbeeld op in Untold.
Meest in het oor springt waarschijnlijk Invisible met Colin H. Van Eeckhout van
Amenra
De song heeft een duistere triphopsound die heel hard naar Massive Attack neigt."
Joost schonk er een biologische La Posada Malbec bij!

Eén van de muzikanten bij Ansatz Der Machine is de celliste Seraphine Stragier die we al ontelbare keren live aan het werk hebben gezien, zowel solo, in verschillende klassieke-muziek bezettingen of in heel wat bands.
Zo is ze te horen op platen van Kreng, Zita Swoon, Briskey, Het Zesde Metaal..., ook maakt ze met levens- en muzikale partner Tim Vandenbergh (The Colorist) deel uit van zijn vijfkoppige strijkersensemble The Sun Sun Sun Orchestra.
Op hun beurt werkten die ook reeds samen met een flink deel van de vaderlandse muziekscene maar ook met...Einstürzende Neubauten.
 
Op het schijfje dat ik in de player schoof zijn ze te horen met Bjorn Eriksson (
Blitzzega, The Broken Circle Breakdown Bluegrass Band..., en Nathalie Delcroix ( Laïs).
In 2017 brachten die Magic Marker Love uit, toen het vierde album van Eriksson-Delcroix.
We waren erbij toen ze een heel geslaagde tryout deden in kunstgallerij  D'Apostroph in Meigem, de intimiteit van de gallerij deed hun muziek nog beter tot hun recht komen dan op het grotere Nest podium in Gent, een paar maanden later.
Magic Marker Love duurt maar een half uur maar de schoonheid van de songs zorgt ervoor dat het dubbel genieten is.
Hier te beluisteren:
 
Een sinistere sprookjeswereld volgens Pieter Coupé in De Morgen:
Al van in opener Joey hangt er een donkere schaduw over deze plaat: vervormde stemmen en dreigende strijkers kleuren het verhaal van de mysterieuze, op het ritme van Peggy Sue dansende Joey.  
Zoals op de rest van dit album ligt het tempo traag en is de sfeer broeierig, zoals Mark Linkous van Sparklehorse vanuit het hiernamaals zijn meest psychedelische vibes doorseinde.
Tot slot een live fragment uit Wonderland op Radio 1.

Fragmenten van platen uit het eerste deel van deze luistermarathon werden nogmaals gedraaid, zoals A Winged Victory for the Sullen, de titeltrack uit Between Worlds van Ashtoreth, CD 2 van The Matthew Herbert Big Band, een flinke dosis Biosphere, Jo Stafford, Asthoreth & Onsturicheit en Pieter deed ik schuddenbuiken met een uitgebreidere luisterbeurt van My Father The Pop Singer van Sam Chalpin.
 
Joost liet in avant-première de track Airport 1111 van zijn DREUN project meegebracht.
Die track zal op de tweede Sonic Emissions CD staan.
DREUN is één van de namen op het tweede Sonic Emissions festival, 10 april in Gent, (meer info hogerop dit verslag).
Wie echt eens serieus wil doordreunen, er zijn nog enkele exemplaren verkrijgbaar van zijn 4-CD Box:

Robin Rimbaud aka Scanner is de laatste jaren met zowat vijf albums per jaar heel productief, de kwaliteitslat blijft gelukkig hoog liggen. 
 
The Signal of a Signal of a Signal
uit 2019 is er zo eentje.
Een heel persoonlijke plaat, Rimbaud werd geïnspireerd door de tragedie waarbij hij binnen het jaar twee familieleden verloor. 
Het is een prachtige verstilde ambient-plaat geworden, een volwassen werk van een artiest die zichzelf maar blijft uitvinden.
Vorig jaar heruitgebracht op vinyl.
De tweede track werd geschreven voor het Nederlandse Nationale Ballet.
Ik liet deze avond enkel de slottrack horen, de plaat komt op een latere luistersessie uitgebreider aan bod.
Het album maakte eerder al deel uit van een verzamelbox waarvan, net als het afzonderlijke album, de opbrengst gaat naar Macmillan Cancer Support, één van de grootste Britse liefdadigheidsinstellingen dat gespecialiseerde gezondheidszorg biedt.
 
Lower Level Bureau
is een Italiaanse band, gericht op filmmuziek en sonorisatie.
Stilistisch toegewijd aan de esthetische jaren vijftig en zestig en muzikaal aan donkere filmische jazz en atmosferische landschappen. 
Ook wel beschreven als "De begeleidingsband van een nachtclub uit de hel."
Ik leerde dit project kennen door iets te lang door de klikken op David Lynch gerelateerde internetfora.
 
 
Een band die ons via hun Facebook pagina op nieuwjaar 2016 een Happy 1964 wenst trekt mijn aandacht.
Ik bestelde hun enige fysieke album Innerworld, de eerste release van de band. Acht tracks die proberen een mysterie te verhullen dat verborgen zit in de allerlaatste details van het leven van gewone mensen.
Na enkele dagen viel een DVD-doosje in de bus waarop te lezen stond: 
Property of Lower Level Bureau. CN, Texas - Est. 1963 -- EVIDENCE 001/015 Crime Lab. Comf. 201/CLASSIFIED -- LLB/C.L.Ev.
Zo werd ik betrokken bij het moordonderzoek naar JFK!
Innerworld zou namelijk de soundtrack kunnen zijn voor een film over het leven van de actrice Beverly Oliver.
In 1970 gaf ze aan de getuige te zijn die tot dan toe bekend stond als "Babushka Lady", die vrouw verscheen op de foto's van Orville Nix en Mary Muchmore en was twee keer zichtbaar op de film van Mark Bell.
Oliver had zelf de aanslag gefilmd met haar camera, na de aanslag werd ze benaderd door agenten die ofwel van de FBI waren, ofwel van de "geheime dienst". 
 
De mannen namen haar film mee (ze protesteerde niet omdat ze bang was gearresteerd te worden wegens bezit van marihuana) met de belofte die binnen tien dagen bij haar terug te bezorgen – een belofte die nimmer nagekomen is.

Wie achter dit project schuil gaat is onbekend maar na lang opzoekwerk kon ik achter de namen van twee bandleden komen, met name de Italianen Al.......o M....nes en Ro....o Re...ra.
De volledige namen onthul ik liever niet, ik wil me nog op straat kunnen begeven zonder achterom te kijken en wil al zeker geen paardenhoofd in mijn bed aantreffen, ze hebben immers mijn adres!
Met één van de niets onthullende namen op de achterflap communiceerde ik voor de levering van deze bizarre CD.
 
Fragmenten uit twee Italiaanse recensies:
Donkere, sombere sferen, afgewisseld met diepe en verre melodieën die rechtstreeks uit de schappen te komen van, wie weet welke afgedankte platenmaatschappij.
De saxofoon melodieën lijken gekweld door bluesinvloeden, de gitaar met een postmodern westers geluid doet denken aan Marc Ribot.
 
Het regent buiten en een vrouwenstem spreekt, waarschijnlijk een ongemakkelijke waarheid vernemend., zo opent dit project van
Lower Level Bureau.
We krijgen niet veel te weten wie er achter deze muziek zit, maar het resultaat is echt intrigerend. 
Neem de meest klassieke jazzmuziek en meng het met een rokerige filmische omgeving (Angelo Badalamenti wordt als een echte referentie voor het project beschouwd). 
Een combinatie die weet te fascineren door de saxofoonsolo's en langzame ritmes. 
The Bureau zou gemakkelijk het leidmotief kunnen zijn van een mogelijk vervolg op Twin Peaks
Baslijnen omlijnen donkere soundscapes, gecombineerd met stemmen die uit de volgende kamer lijken te komen. 
In Hotel Room identificeren we ons met onbewuste luisteraars die ondanks zichzelf op het verkeerde moment op de verkeerde plaats zijn.
 
Een deel van het album werd beluisterd, uitgebracht bij Vollmer Industries, bij een label waar voornamelijk hardcore, noise en black metal wordt uitgebracht kunnen ze zich goed schuil houden.
Bij een volgende luistersessie komt dit album terug op tafel voor de afwezigen deze avond.

Via onderstaande link kan Innerworld worden beluisterd of aangeschaft.
Track negen is een bonustrack.
Op hun Soundcloud pagina staat er remix van de aan Twin Peaks gerelateerde bonustrack, enjoy it!
In 2018 brachten ze hun opvolger Awe uit:
 
Nu we toch in dat donkere trage jazzy sfeertje zaten kon er maar meteen die laatste van Bohren & der Club of Gore bij.
Patchouli Blue is hun tiende albums sinds ze de donkere slome jazz toer opgingen.
Ik laat de beschrijving over aan twee reviewers. 

Sfeervol de nacht in, Jens Wijnants zijn beschrijving op Indiestyle:
Black Sabbath in een jazz-outfit is de slagzin die wij het best vonden passen bij Patchouli Blue, de bands eerste plaat in zes jaar. 
In feite past die benaming bij elke uitgave van de Duitsers, want al meer dan twintig jaar kent Bohren & Der Club of Gore de weg naar de ‘doom’ en ‘gloom’ van de duisternis. 
Van de synthdrones op Sunset Mission uit 2000, tot en met de pianofundamenten van Piano Nights uit 2014 staan ze behoorlijk los van de rest van de muziekwereld. 
De rode draad doorheen het oeuvre van Bohren is de, soms tot op het randje van kitsch afstevenende, saxofoon die in combinatie met vibrafoon de term sensueel soms ontpopt.
Het openingsnummer zou niet misstaan op de score van Twin Peaks. Aanzwellende orgeltonen zorgen voor de perfecte overgang naar een gevoel van extase wanneer de tergend trage, haast strompelende brushes over de snaredrum schuifelen. 
Ook het ruim negen minuten durende titelnummer Patchouli Blue brengt typische Twin Peaks vibes met zich mee.

Een Twin Peaks-soundtrack op valium, mistige, trage en onheilspellende nachtmuziek, aldus Koerian Verbesselt op Da Music:
 
Bohren
is op het best, wanneer het de loungy, bijna kitscherige basissound kan omtoveren tot een gestage dreiging. 
VergessenVorbei en Tief Gesunken construeren die dreiging met sci-fi synthloops en lage drones alvorens veld te ruimen voor mistroostige saxmelodieën. 
Vooral wanneer drones oplossen en vibrafoon/piano/contrabas vrij spel krijgen, wanneer de cocktailjazz zich dus ongefilterd presenteert, wordt Patchouli Blue iets te gezellig, zie Verwirrung am Strand en Solle es doch Alle Wissen
Wie zich bewust aan een plaat van het trio waagt, heeft geen adempauze nodig. 
Te veel mistlicht verpest een nevelige dag.
 
Patsker had een fles Petrény Cabernet Franc uit 2014 achtergelaten en dat was een prima music-wine pairing.
Hier te beluisteren:
En nu gebeurt er iets vreemds, check zelf maar naar waar onderstaande bandcamp link leidt:
 
De lange luisterdag zat er nu echt bijna op, de naald werd nogmaals gelegd op de klassieker van Delia Derbyshire , de uitgebreide beschrijving lees je een stuk hogerop.
In maart is er een volgende luister"avond", nummer 111. 
In welke omstandigheden die plaats zal vinden zien we dan wel.
 

Antelias Musical Terveisiä

Bakerman